Verkiezingen in Nederland: welke landen in het grote Midden-Oosten krijgen expliciete aandacht van Nederlandse partijen?
De meeste politieke partijen wijden in hun verkiezingsprogramma's op zijn minst enkele zinnen aan het Midden-Oosten en Noord-Afrika. Vaak gebeurt dit in algemene termen — conflicten, vluchtelingen, energie. Maar aan welke landen in deze regio besteden de partijen expliciete aandacht in hun programma's? Welke concrete voorstellen doen ze voor het Nederlandse beleid ten opzichte van deze landen? Eén ding is snel duidelijk: van diepgang, nieuwe inzichten, of oog voor werkelijk actuele problemen is nauwelijks sprake.
Israël en Palestina
Het conflict tussen Israël en Palestina is een van de weinige thema’s binnen het buitenlandbeleid die al decennialang terugkomen in verkiezingsprogramma’s van Nederlandse politieke partijen. Ondanks vele andere ontwikkelingen in de regio waarover de politiek zich zorgen maakt, besteden ook deze keer acht partijen expliciete aandacht aan Israël en Palestina in hun programma’s.
Enkele partijen (PvdA, D66 en GroenLinks) proberen oog te hebben voor de verantwoordelijkheden en noden van zowel Israël als de Palestijnen. De andere partijen hebben de neiging om één kant in het conflict te kiezen. De christelijke partijen kiezen voor Israël — met uitzondering van het CDA, dat niets over dit conflict heeft opgenomen. Zeker de ChristenUnie en de SGP beschrijven uitgebreid hun standpunten over “Israël en de Palestijnen” (ChristenUnie) en “Israël” (SGP). Voor de partij Jezusleeft is dit zelfs een van de slechts zeven punten van het verkiezingsprogramma: “Kies voor Israël”. Ook de PVV staat bekend om haar steun aan Israël, maar heeft niets hierover opgenomen in haar korte verkiezingsprogramma. De partij VNL, opgericht door oud-PVV’ers, spreekt wel haar steun uit aan Israël. DENK is de enige partij die de kant kiest van de Palestijnen, waarbij erkenning van de Palestijnse staat het belangrijkste voorstel is.
Hierin staat DENK overigens niet alleen: ook de PvdA, D66 en GroenLinks pleiten voor erkenning van de Palestijnse staat. De SGP is hier als enige expliciet tegen. Ook in andere kwesties zijn christelijke en andere partijen het niet eens. Zo pleiten alleen de ChristenUnie, SGP en Jezusleeft voor Jeruzalem als ongedeelde hoofdstad van Israël. PvdA en GroenLinks spreken over een “heroverweging” of “opschorting” van het EU-associatieverdrag met Israël, terwijl de SGP dit verdrag juist wil “opwaarderen”. De PvdA en DENK pleiten voor een einde aan de bouw van “illegale nederzettingen” en D66 hekelt de “voortdurende nederzettingenbouw”. De ChristenUnie streeft echter naar een nederzettingenbeleid “met oog voor de belangen van de Palestijnen”. De SGP spreekt niet over nederzettingen; wel vinden de staatkundig gereformeerden dat Nederlandse diplomaten zich internationaal moeten inzetten voor een “positievere benadering van Israël”.
Syrië
De oorlog in Syrië is een van de ernstigste conflicten in de regio. Desondanks hebben weinig partijen er expliciete aandacht in hun verkiezingsprogramma’s, laat staan voorstellen om de oorlog te helpen beëindigen. Het CDA spreekt over het aanpakken van de “humanitaire ellende” in Syrië, maar beschrijft niet hoe dit moet gebeuren. De ChristenUnie pleit voor een einde aan “wapenhandel aan landen die mensenrechten schenden en die wapens tegen de eigen bevolking inzetten, zoals Syrië”. Ook De Burger Beweging spreekt over stopzetting van wapenhandel, maar dan aan “ISIS en overige terroristen”. Andere partijen noemen Syrië alleen in het kader van de strijd tegen terreur en IS. De ChristenUnie vindt dat het militair ingrijpen in Syrië (en Irak) niet alleen gericht moet zijn op het verslaan van IS op de lange termijn, maar ook op het “tegengaan, bestrijden en voorkomen van misdaden tegen de menselijkheid”. De Partij voor de Dieren wil dat Nederland zich terugtrekt uit Syrië. De PVV ten slotte wil dat “Syriëgangers” niet kunnen terugkeren naar Nederland, net als Lokaal in de Kamer.
Turkije
Zes partijen noemen Turkije expliciet in hun verkiezingsprogramma’s, vooral in het kader van een eventuele toetreding tot de Europese Unie. GroenLinks “maakt zich grote zorgen over Turkije” en sluit lidmaatschap van de EU uit zolang het land “mensenrechten, persvrijheid en vrijheid van meningsuiting niet respecteert”. Volgens 50PLUS kan Turkije “op dit moment onder geen enkel beding toetreden tot de EU”. Ook de SGP vindt dat er geen sprake kan zijn van Turkse toetreding, alleen al omdat Turkije “cultureel, economisch, godsdienstig, noch politiek” bij Europa hoort. VNL wil dat Turkije geen lid meer is van de NAVO.
Het vluchtelingenakkoord met Turkije komt alleen ter sprake in het programma van de Partij voor de Dieren, die de deal wil opzeggen. Daarnaast hebben twee partijen oog voor de Armeense genocide — honderd jaar geleden — en de Turkse rol hierin. DENK pleit voor een internationaal onderzoek naar de “Armeense kwestie”. De Vrijzinnige Partij wijst de afzwakking van de Armeense volkerenmoord tot “de Armeense kwestie” juist af. Ten slotte heeft DENK als een van de weinige partijen ook een positieve blik: het noemt Turkije een van de “handelspartners van de toekomst”.
Overige landen
Overige landen in het Midden-Oosten en Noord-Afrika worden slechts enkele keren genoemd in de verkiezingsprogramma’s. Het CDA wil hulp bieden aan “landen als Libanon, dat bijna bezwijkt onder de grote instroom van vluchtelingen”. De ChristenUnie wil een “veilige zone voor vluchtelingen in Noord-Irak”. GroenLinks en de ChristenUnie pleiten beide voor stopzetting van wapenleveranties aan Saoedi-Arabië. VNL ten slotte schrijft dat Iran “nooit over een atoomwapen mag beschikken”.
Conclusie
Kortom, de landen in het Midden-Oosten en Noord-Afrika komen er bekaaid vanaf in de verkiezingsprogramma’s. Daarbij valt op dat vooral de standaardthema’s de revue passeren terwijl die in de huidige situatie misschien niet het meest relevant zijn — Turks lidmaatschap van de EU is bijvoorbeeld verder weg dan ooit, dus waarom daar de aandacht op richten? En juist over ontwikkelingen die nu wel relevant zijn, lezen we weinig terug — denk aan de oorlog in Jemen, de situatie in Tunesië en hét grote probleem in de regio voor de toekomst: de enorme jeugdwerkloosheid.
Eenzijdig, weinig concreet en diepgang, enigszins achterhaald: dat moet de conclusie zijn. Geen oog voor positieve ontwikkelingen of überhaupt ontwikkelingen die daar hebben plaatsgevonden, alsof de regio stil is blijven staan. Het beeld van het Midden-Oosten van vroeger blijft de norm.
Deel dit bericht via
Recente reacties