Verkiezingen in Nederland: wat politieke partijen over het Midden-Oosten zouden moeten zeggen, maar niet doen
Woensdag zijn de verkiezingen in Nederland. Hoe kijken Nederlandse politieke partijen eigenlijk naar de regio die aan Europa grenst? Het Grote Midden Oosten Platform zocht het uit en las de verkiezingsprogramma’s van alle Nederlandse partijen. In de vorige twee afleveringen van dit drieluik hebben we laten zien wat partijen over de regio als geheel zeggen en wat ze over een aantal specifieke landen in hun programma’s hebben opgenomen. In dit laatste artikel komt aan de orde wat ze niet zeggen maar wel zouden moeten zeggen.
Wij ontdekten drie blinde vlekken in de verkiezingscampagnes als het gaat om het Midden-Oosten. Ons advies aan een nieuw kabinet: doe hier wat mee.
Tunesië
Tunesië wordt alom geprezen om de vooruitgang die het land boekt op weg naar een goed functionerende democratische rechtsstaat. Nadat in 2011 de zogeheten Arabische Lente in Tunesië begon, vond er een overwegend vreedzame machtsovername plaats. Vooral de samenwerking van vier maatschappelijke organisaties – een werknemersvakbond, werkgeversorganisatie, mensenrechtenorganisatie en advocatenorde – heeft hieraan bijgedragen. Niet voor niets ontving dit Tunisian National Dialogue Quartet in 2015 de Nobelprijs voor de Vrede.
Niet alles in Tunesië is goud wat er blinkt. De economische situatie is de afgelopen jaren verslechterd. Het toerisme, een belangrijke inkomstenbron voor de Tunesische overheid, is flink teruggelopen na een aantal aanslagen in 2015. De werkloosheid bedraagt zo’n 15 procent; onder jongeren zelfs 30 procent. Tunesië is de grootste leverancier van strijders voor IS.
Nederland en de Europese Unie herhalen keer op keer veel baat te hebben bij stabiele buurregio’s. Juist Tunesië, dat politiek zulke grote positieve ontwikkelingen heeft doorgemaakt, verdient daarbij al onze steun. Tunesië kan een inspiratiebron worden voor andere landen in de regio. Het is een goed voorbeeld van een land in deze regio dat niet ten onder gaat aan oorlog, autoritaire regimes en economische malaise. Voorlopig is de Europese samenwerking met Tunesië vooral gericht op het sluiten van een nieuwe vluchtelingendeal, net zoals eerder met Turkije. Maar als politiek ook gaat om langetermijnperspectieven, dan moeten Nederland en de EU zich echt committeren aan de ondersteuning van onze overbuur.
Jemen
Crises, conflicten, instabiliteit. Grote woorden die Nederlandse partijen gebruiken als zij in hun verkiezingsprogramma’s over het Midden-Oosten schrijven. Opvallend is echter dat het dan enkel gaat over Syrië. Het andere land in het Midden-Oosten waar zich een enorme humanitaire crisis voltrekt, wordt in geen enkel programma genoemd. En dat land is Jemen. Dit is temeer opvallend omdat Nederland altijd hele goede betrekkingen heeft gehad met het buurland van Saoedi-Arabië.
Het conflict in Jemen ontstond nadat Houthi-rebellen gebruik maakten van de chaos in het land, een gevolg van de opstand van tienduizenden Jemenieten tijdens de Arabische Lente in 2011 tegen het regime van president Saleh. Een jaar later werd hij afgezet. De nieuwe president Hadi ontvluchtte vervolgens het land toen Houthi’s in het voorjaar van 2015 de hoofdstad Sana’a en grote delen van Noord-Jemen hadden veroverd. Hadi riep de hulp in van Saoedi-Arabië, dat met een internationale coalitie vooral de Houthi-rebellen bombardeert, waarbij ook honderden burgerslachtoffers vallen. Op dit moment dreigt er een hongersnood en heeft twee derde van de ongeveer 25 miljoen inwoners onmiddellijk humanitaire hulp nodig.
Nederlanders zijn populair in Jemen; zowel in de bouw, in de landbouw als in de ontwikkelingshulp waren tot de crisis veel Nederlandse partijen actief. De Nederlandse Ambassade in Sana’a, die inmiddels vanuit Den Haag wordt gerund, was een drukke post. En ook in de vredesdiplomatie die al twee jaar aan de gang is, is Nederland actief.
Nederlandse politieke partijen zouden er goed aan doen om zich meer in de situatie in Jemen te verdiepen en mee te werken aan concrete acties, gericht op vrede en wederopbouw. Dat is waarin Nederland een belangrijke rol kan spelen en van toegevoegde waarde kan zijn.
Jeugdwerkloosheid
In de vele analyses van de massale protesten in de Arabische wereld sinds 2011 komt één element vaak terug: de enorme jeugdwerkloosheid in de regio, die soms wel zo’n 30 procent is. Twee derde van de Arabische bevolking is jonger dan 30 jaar. Bij elkaar zijn dit meer dan 200 miljoen kinderen en jongeren. Zij ervaren een pijnlijke paradox, zo lezen we onder meer in het recente Arab Human Development Report. Enerzijds zijn ze beter opgeleid, maatschappelijk actiever, gezonder en beter verbonden met de rest van de wereld dan vorige generaties. Maar anderzijds zijn hun toekomstperspectieven belabberd, vooral als het gaat om werk. Eén cijfer uit het rapport zegt voldoende: in de komende tien jaar moeten er in de regio meer dan 60 miljoen banen gecreëerd worden om het grote aantal nieuwkomers op de arbeidsmarkt op te kunnen nemen. Ga er maar aan staan.
Je hebt geen glazen bol nodig om te voorzien waartoe deze mismatch kan leiden. Een enorme groep jongeren met potentie, maar zonder perspectief. Met een goede opleiding, maar zonder baan. Kijk naar Tunesië, dat alom wordt gezien als het enige land in de regio dat sinds de Arabische Lente flinke politieke vooruitgang heeft geboekt. Economisch gaat het daar niet goed. De werkloosheid onder jongeren bedraagt zo’n 30 procent. Veel Tunesische jongeren dromen van een toekomst in Europa en zijn steeds meer bereid de oversteek te wagen. Anderen vallen voor de beloftes van het gewelddadige jihadisme: Tunesië is een van de grootste leveranciers van strijders voor IS.
Je hebt geen glazen bol nodig om te voorzien waartoe deze mismatch kan leiden. Een enorme groep jongeren met potentie, maar zonder perspectief
Met zoveel jongeren heeft de regio een enorm potentieel. Maar zoveel onbenut potentieel kan veranderen in een broeinest van kansarme werklozen die met de dag vatbaarder worden voor jihadistische ideologieën die wel uitzicht bieden op materiële welvaart en een doel in je leven. In de Nederlandse verkiezingsprogramma’s worden het tegengaan van migratie en het bestrijden van terreur veel genoemd. Maar met het aanpakken van de oorzaken hiervan wordt niet eens een begin gemaakt. Nederland en de Europese Unie hebben gedurfde en creatieve plannen nodig om onze buurlanden te helpen hun miljoenen jongeren de kans op een beter leven te geven. Ook als we willen voorkomen dat deze Arabische jongeren naar Europa komen. Van deze creatieve plannen zien we helaas niets terug in de verkiezingsprogramma’s.
Deel dit bericht via
Recente reacties